Techniekhuis Twente: de historische plek waar jouw bouwtoekomst start!

Begin vorige eeuw maakte Stork in ons Techniekhuis nog haar pompen. Nu zijn hier dé Twentse vakopleiders in de bouw gehuisvest. In het industriële gebouw leidt Techniekhuis Twente nu bouwvakkers, schilders, installatiemonteurs, meubelmakers, interieuradviseurs en kaderfunctionarissen voor de bouw op. Een ingrijpende verbouwing transformeerde het monumentale onderkomen tot duurzaam opleidingshuis voor het Twentse bedrijfsleven. Dé plek waar aankomende bouwprofessionals alle kneepjes van het vak leren.

Op de gevel prijkt nog altijd de oude naam: Gebr. Stork Pompen-Afdeeling. Ook de grote hal ademt nog altijd de industriële sfeer van voorbije jaren. Tegenwoordig is het een plek voor onderwijs en innovatieve ontwikkelingen, zoals het bouwen aan een Huis van de Toekomst. Want in de oude pompenfabriek zetelt tegenwoordig het Techniekhuis Twente.


Aankomende bouwprofessionals
Hier, aan de Lansinkesweg in Hengelo, leren jongeren alles over metselen, tegelzetten, timmeren en hout, infra, schilderen, elektro- en installatietechniek, interieur en afbouw. ‘Aankomende bouwprofessionals’, zoals het opleidingsinstituut ze noemt. In het Techniekhuis Twente in Hengelo werken Bouwschool Twente, Schildersvakopleiding Hengelo en Installatiewerk IW samen met het ROC van Twente aan dynamisch en innovatief mbo-beroepsonderwijs. Theorie en praktijk onder één dak. Het opleidingsaanbod is breed, maar de oude Storksfeer is er blijven hangen, veel details herinneren aan die roemruchte periode.

Bouw je mee aan het huis van de toekomst?
We koesteren de historie, maar het contrast met dat industriële verleden is groot. Zo bouwen we aan een Huis van de Toekomst. Virtueel, maar ook in het echt. Studenten leren er circulair te ontwerpen en met circulaire materialen te bouwen; vanaf 2050 is duurzaam hergebruik immers verplicht. In dit project gaan studenten met behulp van Augmented en Virtual Reality op afstand vergaderen, ontwerpen beoordelen en assembleren. Alle opleidingen doen mee: schilders, bouw, installatiewerk, meubel en interieur.


Leren & werken
Techniekhuis Twente is dé plek in Twente waar jij als beginnende bouwprofessional een praktijkopleiding volgt om de beste in je vak te worden. Tegelijkertijd verdien je een goed loon met baangarantie. Een goede Twentse deal toch?

Meebouwen aan de toekomst van Twente Twente
De krachtenbundeling van het ROC van Twente met het bedrijfsleven in het Techniekhuis Twente is de beste garantie voor een uitstekend opleidingsresultaat. De opleiders in het Techniekhuis Twente laten jou met zoveel mogelijk diploma’s op zak de arbeidsmarkt betreden. Goed opgeleid bouw je als de nieuwe generatie mee aan de skyline van Twente en help je de energietransitie realiseren. Je doet werk waarvoor mensen je veel waardering geven.

Wanneer zien we jou?
Wekelijks bezoeken zo’n 1000 studenten het Techniekhuis Twente en volgen er hun MBO-bouwopleiding, BOL of BBL, niveau 2 t/m 4. Jij binnenkort ook?

Jongeren die interesse hebben in een opleiding in het Techniekhuis Twente zijn welkom voor een privérondleiding. Pakken ze meteen dat oude Stork-sfeertje even mee….

Historisch perspectief

Het is belangrijk om de verhalen over Stork te kunnen blijven vertellen. Als je destijds bij Stork was opgeleid, was je verzekerd van een goeie baan, ook bij andere bedrijven. Het gebouw is ruim een eeuw oud. Stork begon hier met een Afdeeling Drijfwerk: de bouw van stoommachines voor de textielindustrie. In 1920 begon Stork met de productie van seriepompen. Vanaf 1938 werden ook andere, niet in serie vervaardigde pompen naar deze werkplaats overgebracht. Duizenden pompen kwamen in de loop der jaren uit deze fabriek. In 1955 kwam er een uitbreiding met een grote moderne proefstand, deze aanbouw is tegenwoordig het onderkomen van de schildersvakopleiding.

Vanuit dit bedrijfspand van Gebr. Stork & Co, hebben tot 1997 vele duizenden Stork pompen een weg gevonden over de hele wereld. Ook de speciale Afdeling Drijfwerk heeft in het complex tot de jaren ’50 een vooraanstaande rol gespeeld.  Het is een gemeentelijk monument, mede vanuit stedenbouwkundig oogpunt, omdat het gebouw de grens symboliseert van het industrielandschap in Hengelo, aan het einde van de oostelijke as van de spoorlijn. Na het vertrek van Flowserve, dat Stork Pompen had overgenomen, is gezocht naar een nieuwe passende invulling. Deze is in 2018 gevonden met de komst van het Techniekhuis Twente; een samenwerking tussen het bedrijfsleven en het onderwijs met Bouwschool Twente, Schildersvakopleiding Hengelo, Installatiewerk IW en het ROC van Twente. Een prachtige invulling op een historische locatie in Hengelo, waar techniek en onderwijs al ruim 100 jaar hand in hand zijn gegaan.

GEBR. STORK&CO DRIJFWERK EN POMPEN AFDEELING
Gebouwd in 1918 naar ontwerp van architect Anton Karel Beudt (1885-1934)

150 Jaar Stork
Op 4 september 1868 opende Charles Theodorus (C.T.) Stork met zijn medefirmanten de poorten van de Machinefabriek Gebr. Stork & Co. In Hengelo. ‘De smid van de Twentse textielindustrie’ groeide uit tot een wereldconglomeraat. Pompgemalen van Stork hielden Nederland droog; schepen werden voorzien van Stork dieselmotoren. Al in de negentiende eeuw leverde Stork suikerfabrieken aan Nederlands-Indië. Stork kende een eigen systeem van sociale voorzieningen en vakscholing. Bijna iedere medewerker was wel actief bij een of meer verenigingen die Stork rijk was.

In de gloriejaren trilde Hengelo wanneer Stork zijn motoren proefdraaide. Dat was een goed teken want er was werk. Begin jaren zeventig wordt de machinefabriek met ruim 5.000 medewerkers opgesplitst in werkmaatschappijen. Dreigende sluitingen zorgden voor onrust. De eerste staking in 1973 sloeg in als een bom, want er was nooit eerder gestaakt bij Stork

Stork Afdeeling Drijfwerk
Aan het begin van de 20-ste eeuw werden weefgetouwen aangedreven door stoommachines. Een activiteit die daaruit voortkwam was de ontwikkeling van aandrijfsystemen voor spinnerijen, weverijen en elektrische installaties. Al in de jaren 70 en 80 van de 19e eeuw voorzag Stork de textielindustrie van complete zogenaamde drijfwerken. In 1904 werd daarvoor bij Stork een speciale Afdeling Drijfwerk opgericht.

Einde van het stoomtijdperk
Na 1910 begonnen elektromotoren voor de aandrijving van drijfwerk geleidelijk de plaats in te nemen van stoommachines. Dat betekende uiteindelijk ook het einde van de stoommachines voor drijfwerksystemen zoals ze in Hengelo werden gemaakt. In 1951 werd de afdeling Drijfwerken vanuit Hengelo overgeplaatst naar Stork-Amsterdam. Voor Stork-Hengelo betekende dit het einde van de productie van het Drijfwerk.

Productie van pompen
Al in 1920 begon Stork met de productie van seriepompen. Vanaf 1938 werden ook andere, niet in serie vervaardigde pompen naar deze werkplaats overgebracht. Voor de beproeving van de pompen is na de 2e wereldoorlog, in 1955, aan de oostzijde van het bestaande gebouw een grote, moderne proefstand gebouwd

In 1952 kreeg de afdeling Drijfwerk de naam Pompenwerkplaats, die beter in overeenstemming was met wat er in deze afdeling (van Stork) werd geproduceerd.